aow

AOW

Kennis Artikelen Bestuursrecht

Dit artikel is meer dan een jaar geleden voor het laatst gewijzigd en is wellicht niet meer (volledig) actueel.

AOW, de Algemene Ouderdomswet, is een wet die regelt dat mensen op hun oude dag niet meer hoeven te werken en een inkomen krijgen van de overheid. Dit artikel zal onder andere gaan over wat AOW precies is, wanneer iemand recht heeft op AOW en hoe het zit met de AOW-leeftijd.

AOW

De AOW is een zogenaamde volksverzekering: gedurende het werkende leven betaalt men premie (premies volksverzekeringen), waarna bij het bereiken van de AOW-leeftijd een recht op een maandelijkse AOW-uitkering ontstaat.

Officieel hoort de uitkering uit de Algemene Ouderdomswet een AOW-uitkering genoemd te worden. Omdat dit in de volksmond vaak al simpelweg ‘AOW’ wordt genoemd, zal voor het gemak in dit artikel ook de term AOW gebruikt worden wanneer de AOW-uitkering wordt bedoeld.

De Algemene Ouderdomswet is een uitgebreide wet. Het is daarom niet mogelijk om in dit artikel de gehele wet te beschrijven. Daarom zal dit artikel enkel ingaan op de hoofdlijnen. Heeft u specifieke vragen of problemen met betrekking tot de AOW, dan kan het verstandig zijn een jurist te raadplegen.

Voorwaarden AOW

Er zijn twee algemene voorwaarden waaraan voldaan moet worden voordat er een recht op AOW ontstaat:

Allereerst moet de pensioengerechtigde leeftijd zijn bereikt. Deze leeftijd lag jarenlang op 65 jaar, maar is de laatste tijd onderwerp van discussie. In de tabel hierna kan worden gezien hoe hoog de leeftijd is waarop een recht op AOW ontstaat.

Naast het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, moet iemand tevens verzekerd zijn geweest in het tijdvak tussen de aanvangsleeftijd en de pensioengerechtigde leeftijd. Tussen deze twee leeftijden zit 50 jaar.

Toekenning AOW

Het uitvoeren van de AOW en het betalen van de uitkering wordt gedaan door de Sociale Verzekeringsbank. De SVB kan op verzoek AOW toekennen, maar kan dit ook uit zichzelf (‘ambtshalve’) doen.

Er zijn situaties mogelijk waarbij de SVB de AOW kan weigeren of het bedrag daarvan kan verminderen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer controlevoorschriften van de SVB niet worden nagekomen of wanneer iemands identiteit niet kan worden vastgesteld.

Verhoging leeftijd AOW

Naar aanleiding van het feit dat de AOW steeds minder gedekt kan worden door de premies die worden ingelegd, heeft de regering besloten om de pensioengerechtigde AOW-leeftijd te verhogen. De AOW-leeftijd gaat in stappen omhoog naar 67 jaar.

De pensioengerechtigde leeftijd en de aanvangsleeftijd zijn:

  • vóór 1 januari 2013: 65, respectievelijk 15 jaar;
  • in 2013: 65 jaar en 1 maand, respectievelijk 15 jaar en 1 maand;
  • in 2014: 65 jaar en 2 maanden, respectievelijk 15 jaar en 2 maanden;
  • in 2015: 65 jaar en 3 maanden, respectievelijk 15 jaar en 3 maanden;
  • in 2016: 65 jaar en 5 maanden, respectievelijk 15 jaar en 5 maanden;
  • in 2017: 65 jaar en 7 maanden, respectievelijk 15 jaar en 7 maanden;
  • in 2018: 65 jaar en 9 maanden, respectievelijk 15 jaar en 9 maanden;
  • in 2019: 66 jaar, respectievelijk 16 jaar;
  • in 2020: 66 jaar en 3 maanden, respectievelijk 16 jaar en 3 maanden;
  • in 2021: 66 jaar en 6 maanden, respectievelijk 16 jaar en 6 maanden;
  • in 2022: 66 jaar en 9 maanden, respectievelijk 16 jaar en 9 maanden;
  • in 2023: 67 jaar, respectievelijk 17 jaar.

In 2019 wordt de verhoging van de AOW-leeftijd voor 2024 berekend aan de hand van een vooraf vastgestelde formule. Wanneer de wetgeving dus zo blijft als hij nu is, zal iemand steeds ouder moeten zijn voordat er een recht op AOW ontstaat.

Hoogte AOW

De hoogte van de AOW is afhankelijk van een aantal zaken, waaronder de vraag of degene die AOW krijgt samenwoont met een partner of getrouwd is en of hij nog minderjarige kinderen heeft. Op die manier zijn er een aantal verschillende variaties mogelijk, die allemaal een ander bedrag aan AOW opleveren.

De algemene regel is dat de hoogte van de AOW wordt afgeleid van het netto-minimumloon per maand. Voor een alleenstaande komt dit voor 2013 neer op 1023,57 netto. Wanneer beide partners AOW krijgen krijgen beiden een bedrag van 707,96 netto. Bij beide bedragen is de heffingskorting reeds verrekend.

Op de bruto AOW wordt 2% ingehouden per jaar dat de pensioengerechtigde niet verzekerd is geweest (bijvoorbeeld doordat hij een jaar in het buitenland heeft gewerkt).

AOW – Conclusie

De Algemene ouderdomswet is een uitgebreide wet, waardoor het in dit artikel niet mogelijk is om elk aspect daarvan te bespreken. Daarom zijn hier slechts summier de hoofdlijnen besproken.

Heeft u recht op AOW, maar krijgt u minder of geen AOW of heeft u andere problemen met betrekking tot het recht op AOW? Neem dan contact op met een jurist en laat hem bekijken of u inderdaad een bepaald recht hebt. Doe dit zo snel mogelijk, te lang wachten kan ertoe leiden dat termijnen voor bezwaar of beroep worden overschreden.

Auteur

mr. B.G.N. (Bart) Gubbels

N.b. Dit artikel is meer dan een jaar geleden voor het laatst gewijzigd. De informatie kan verouderd zijn.

DISCLAIMER: De informatie op deze website is enkel bestemd voor algemene informatiedoeleinden en dient niet gezien te worden als juridisch advies voor een specifieke situatie. Hoewel de verstrekte informatie met de grootst mogelijke zorgvuldigheid door ons is samengesteld kan het zo zijn dat de informatie niet compleet, niet actueel, niet juist en/of niet accuraat is op het moment van raadpleging. Het is dan ook, o.a. vanwege de gecompliceerde en veranderlijke aard van wet- en regelgeving, niet zeker dat de informatie toepasbaar is in uw situatie. Wij raden u dan ook aan contact op te nemen met een jurist voordat u handelt of beslist. Wet & Recht, de maker en aan deze website gelieerde personen sluiten elke aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie op deze site uit en kunnen niet aansprakelijk worden gesteld hiervoor. Zie ook onze uitgebreide disclaimer.